Terug naar overzicht
Moestuin

Moestuin

Openluchtmuseum Het Hoogeland

Er waren allemaal akkertjes in het dorp die verhuurd werden. Mijn vader had er ook twee. Grote lappen, hoor!

Mevrouw Steerenberg, geboren in 1942 in Roodeschool

Mijn vader was bij de landbouw én hij had een klompenbedrijf. En ze hadden ook nog die moestuin. Die moestuin, dat dee mijn moeder eigenlijks, hè? Als kinderen zijnde moesten wij altijd helpen. Ja, dat zat niet anders.

Er waren allemaal akkertjes in het dorp die verhuurd werden. Mijn vader had er ook twee. Grote lappen, hoor! Snijbonen stonden daar op, en gewone bonen. Bruine bonen. Ook rode en witte kolen. En uien en…. weet ik veul. Dat moest in de kisten en dan ’s morgens vroeg kwam er zo’n dikke auto die kisten ophalen. Gingen ze naar de veiling in Uithuizen.

Aardappels hadden we ook. Die waren voor onze eigen wintervoorraad. Aardappels zoeken deed je in deze tijd van het jaar, hè? Ja, augustus. Waren we vrij van school en dan moesten we meehelpen. De kleine aardappeltjes, die deden we in een kuiltje in de grond en daar gingen we vuur bij doen. Dan was het aardappels poffen.

Toen ik begon met meehelpen bij het aardappels zoeken, was ik een jaar of tien. En ik had korte nagels. Dan deed dat zó zeer, hè? Ik vond dat zó erg, dan had ik bloed aan m’n vingers zitten. Ik vond ’t maar niks.
Ja, ik zocht een manier om d’r af te komen? Zooo’n klein aardappeltje, die vond ik. Die pikte ik tegen m’n vaders wang aan. En die zei: “Ga jij maar naar moeke en help heur mor mit matten kloppen.”